De zee wordt antraciet grijs. Het laatste licht verdwijnt. Nu komen de lichten naar voren. Schuin achter ons gaat het windpark wild rood knipperen. Een olieplatform vlakbij wordt een kermisattractie. We zijn net de Eemsmonding gepasseerd.
De nacht op zee. Een plek om je van alles in je hoofd te halen. Een paar jaar terug hebben we hier eindeloos zitten staren naar een verzameling lichten. Zoveel lichten, dat moet dan wel een cruiseschip zijn. Maar nee, het was Borkum. Het kan ook zo anders voelen. Toen we een keer ‘s nachts bij Norderney naar binnen voeren, met aan de ene kant de lichtjes van Juist en voor ons de boulevard van Norderney, voelde het alsof we een intieme wereld binnenvoeren, alsof we een café binnenstapten.
Voorlopig is het rustig. Voor ons schijnt de halve maan. We interpreteren de lichten: Dat is de TE-route met alle grote vrachtschepen. Dat licht zou wel eens de vuurtoren van Schiermonnikoog kunnen zijn. En dat is een visser.
Lees verder op de site van tijdschrift Noorderbreedte